Margaretha van Parma
Margaretha van Parma stond aan het hoofd van de Nederlanden in de jaren voorafgaand aan de Tachtigjarige Oorlog.
Haar regeerperiode werd gekenmerkt door onrust.
Wie was zij?
Margaretha van Parma, buitenechtelijk kind van keizer Karel V en Johanna van der Gheynst en landvoogdes over de Nederlanden van 1559 tot 1567.
Margaretha van Parma groeit op in Brussel.
Hier wordt ze voornamelijk opgevoed door Maria van Hongarije en Margaretha van Oostenrijk.
Op 10-jarige leeftijd (1533) verhuist ze naar Italië waar ze verder wordt opgevoed door Madame de Lannoy, weduwe van Charles de Lannoy, de voormalige onderkoning van Napels.
Margaretha van Parma trouwt twee keer.
In 1536 huwt ze eerst met Alessandro de’ Medici (hertog van Florence). Lang is ze niet met deze hertog getrouwd. Alessandro de’ Medici wordt in 1537 namelijk vermoord door een van zijn verre neven: Lorenzino de’ Medici.
In 1538 trouwt Margaretha voor de tweede keer.
Op 4 november van dat jaar verbindt ze zich in Rome in de echt met een kleinzoon van paus Paulus III, Ottavio Farnese.
Uit dit huwelijk worden twee kinderen geboren: Alessandro (latere landvoogd van de Spaanse Nederlanden) en diens tweelingbroer Carlo.
Laatstgenoemde overlijdt echter binnen een jaar.
Margaretha woont lange tijd zowel in Rome als Parma.
Hier komt een einde aan als ze in 1559 door haar halfbroer koning Filips II benoemd wordt tot landvoogdes over de Nederlanden.
Aanvankelijk laat de landvoogdes zich nauw bijstaan door kardinaal Antoine Perrenot de Granvelle.
Dit houdt op als ze deze kardinaal ervan verdenkt dat hij een huwelijk van haar zoon met een Oostenrijkse prinses bij de koning niet heeft gesteund.
Nadat de kardinaal is vertrokken komt Margaretha van Parma meer en meer onder invloed van de Nederlandse edelen te staan.
In de Nederlanden is in die periode een revolutie in religieus denken gaande.
Steeds meer mensen vinden dat de katholieke kerk hervormd moet worden en hangen de zogenaamde reformatie aan.
Op talloze plekken in het land worden zogenaamde hagenpreken gehouden.
Kerkdiensten in de open lucht waarin onder de katholieke kerk openlijk bekritiseerd werd.
Margaretha vreest de opkomst van de protestanten, vooral omdat de hagenpreken steeds drukker bezocht worden, ook door gewapende lieden.
In 1565 richt de lage adel het Compromis des Nobles op, het Compromis der Edelen.
Als Margaretha’s zoon Alexander Farnesein december 1565 in Brussel met Maria van Portugal trouwt komen de edelen bijeen en schrijven ze een tekst waarin ze eisen dat deinquisitie haar werkzaamheden beëindigd.
De verbonden edelen beloven elkaar plechtig elkaar in hun strijd met bloed en goed bij te staan.
Het opgestelde Compromis verspreidt zich hierna snel en in de eerste maanden van het jaar 1566 sluiten enkele honderden andere edelen zich bij het verbond aan.
Ongeveer 200 edelen van het Compromis brengen op 5 april 1566 een bezoek aan Margaretha van Parma.
Ze leggen hun wensen aan haar voor maar ze komt de edelen weinig tegemoet.
De landvoogdes belooft wel bij koning Filips II te zullen pleiten voor een aanpassing van de inquisitie, maar dit is voor de edelen een te magere toezegging.
Op 8 april bezoeken de edelen de landvoogdes opnieuw.
Deze zegt dan toe de wijzigingen direct door te voeren.
Door deze toezegging van Margaretha van Parma hield de vervolging van ketters in vrijwel het gehele land op en werd het calvinisme openlijk gemanifesteerd.
De katholieke landvoogdes ziet dit met zorg aan en besluit een gewapend optreden voor te bereiden.
Als op 14 augustus 1566 de Beeldenstorm uitbreekt, komt de zaak in een stroomversnelling.Margaretha ontvangt opnieuw afgevaardigden van het Compromis en zegt toe alle geloofsonderzoeken te staken als de leden van het Compromis beloven op te treden tegen de beeldenstormers.
Het bericht over de Beeldenstorm bereikt ook de Spaanse koning Filips II en deze besluit deHertog van Alvanaar de Nederlanden te sturen.
Deze Spanjaard heeft in zijn militaire carrière al bewezen zaken stevig in de hand te hebben en krijgt de opdracht de problemen in het noorden met militair geweld op te lossen.
Als de Hertog van Alva in Brussel arriveert, legt Margaretha van Parma haar functie uit protest neer. Margaretha voelt duidelijk niks voor de methode van hardhandig militair ingrijpen.
Ze vertrekt op 30 december 1567 naar Italië en verblijft vervolgens in Aquila, Rome en Parma.
In 1580 keert Margaretha terug naar de Nederlanden. Koning Filips II wil dat ze er de civiele macht gaat uitoefenen en dat haar zoon Alexander Farnese enkel nog de militaire macht houdt.
Margaretha’s zoon protesteert hier echter succesvol tegen. Koning Filips II besluit dat hij de volledige macht mag houden.
Margaretha blijft nog tot 1583 in de Nederlanden, daarna keert ze terug naar Italië.
Margaretha van Parma overlijdt op 18 januari 1586 in de Italiaanse stad Ortona.
Op de drempel van de Tachtigjarige Oorlog stond Margaretha van Parma als landvoogdes voor haar halfbroer Filips II van aan het hoofd van de onrustige Nederlanden.
Ze stond bekend als doordacht, maar haar tijd als bestuurder verliep allesbehalve soepel.
In de tweede helft van de zestiende eeuw bevond ze zich in het oog van de orkaan: Nederland was verdeeld door religieuze conflicten, en de opstand tegen het Spaanse gezag nam steeds verder toe.
Margaretha van Parma’s jonge jaren
Margaretha van Parma (1522-1586) werd geboren als buitenechtelijke dochter van keizer Karel V, die heerste over het Heilige Roomse Rijk.
Karel V had meerdere buitenechtelijke kinderen, en Margaretha werd geboren uit zijn relatie met Johanna van der Gheynst, een dienstbode afkomstig uit het huidige België.
In 1555 volgde haar halfbroer Filips II zijn vader op als heer der Nederlanden.
Na zijn vertrek naar Spanje in 1559 benoemde hij Margaretha tot landvoogdes.
Een eervolle titel, maar wel een die met veel uitdagingen kwam.
Zo was de lokale adel bepaald niet enthousiast over haar benoeming; de edelen hadden liever een eigen kandidaat voor de functie voorgedragen.
Daarnaast liepen de gemoederen hoog op tussen katholieken en protestanten, een schisma dat bekend werd als de Reformatie.
Als koning eiste Filips II dat iedereen in zijn rijk het katholieke geloof aanhing.
Protestanten werden vervolgd, vaak zelfs met de doodstraf tot gevolg. Margaretha was aan het hoofd komen te staan van een land waar de politieke storm alleen maar heviger zou worden.
Aan de macht in roerige tijden
In haar rol als landvoogdes stond Margaretha van Parma tussen twee vuren.
Aan de ene kant stonden de protestantse Nederlanders, die ontevreden waren over de katholieke heerschappij van Filips II.
Aan de andere kant stond het Spaanse koningshuis, waaraan Margaretha loyaal moest blijven om haar positie niet in gevaar te brengen.
In 1566 overhandigden tweehonderd edelen Margaretha het Smeekschrift der Edelen, een verzoekschrift waarin haar werd opgedragen de vervolging van protestanten te staken.
Margaretha zei geen beloften te kunnen doen, maar gaf aan het verzoek bij Filips neer te leggen en in de tussentijd te pleiten voor meer terughoudendheid.
Hoewel Margaretha niet bij machte was de vervolgingen te stoppen, interpreteerden de protestanten haar uitgestoken hand als een teken van vrijheid.
De uitgeoefende druk leek effect te sorteren, maar de situatie zou vervolgens snel escaleren: nog in hetzelfde jaar bereikte de spanning een hoogtepunt met de Beeldenstorm.
Protestanten door het hele land vernielden massaal katholieke kunst en kerken.
Protestanten vernielen katholieke kunst en kerken in heel de Nederlanden, een daad die de spanningen tussen het Spaanse gezag en de protestanten verder aanwakkerde.
Margaretha stond voor de enorme uitdaging om de gemoederen na de Beeldenstorm weer tot bedaren te brengen, maar de macht om wat teweeg te brengen lag bij Filips II.
Margaretha was volledig afhankelijk van haar halfbroer.
In Spanje had Filips II besloten de opstand met harde hand neer te slaan.
Hij stuurde de hertog van Alva, bijgenaamd de ‘ijzeren hertog’, om een strafexpeditie te leiden. Margaretha zou hebben aangedrongen op een gematigdere aanpak.
Haar waarschuwingen dat een gewelddadige reactie de situatie zou verergeren, werden door Filips II genegeerd.
Margaretha voelde zich machteloos.
In plaats van zich verder op de achtergrond te houden, besloot ze haar eer hoog te houden: ze vroeg Filips II om ontslag.
Na haar aftreden zou ze een relatief rustig leven leiden.
Met haar man Ottavio Farnese aan haar zijde werd ze hertogin van Parma, en na haar dood werden ze samen met hem begraven in Piacenza, in het huidige Italië.
Tot op de dag van vandaag zijn de meningen over Margaretha’s bewind verdeeld.
Sommige historici verwijten haar besluiteloosheid als landvoogdes.
Anderen prijzen haar volharding in een lastige politieke situatie en haar oproep tot terughoudendheid richting Filips II, ondanks haar beperkte invloed.
Comments