top of page

USA verkiezingen

De Amerikaanse presidentsverkiezingen van 2020 worden de 59e presidentsverkiezingen van de Verenigde Staten en staan gepland voor dinsdag 3 november 2020.

Zittend president Donald Trump heeft zich verkiesbaar gesteld voor een tweede termijn. De inauguratie van de president is voorzien op 20 januari 2021.

Amerikaanse presidenten worden door het kiescollege gekozen.

De leden van het kiescollege worden op hun beurt in de diverse staten door het volk gekozen. Het volk kiest echter geen individuele leden van het kiescollege, maar geeft een keuze aan voor een bepaald presidentieel team.

Election Day, de dag waarop de laatstgenoemde verkiezingen worden gehouden, vindt plaats elke vier jaar op de dinsdag ná de 1e maandag in de maand november.

In de regel is het zo dat de kandidaat die de meeste stemmen in een bepaalde staat verkrijgt, alle kiesmannen van die staat achter zich krijgt.

De kandidaat met de meerderheid van stemmen in het kiescollege (waar de werkelijke verkiezing plaatsvindt) wordt president-elect.

Vóór de verkiezingen van 1804 werden er twee stemmen uitgebracht door de leden van het kiescollege.

De kandidaat met de meeste stemmen werd president terwijl de daaropvolgende kandidaat vicepresident werd.

Het was dus zeer wel mogelijk dat de president en vicepresident niet tot dezelfde partij behoorden.

Het 12e amendement op de grondwet maakte hieraan een einde en in het vervolg werden aparte stemmen uitgebracht voor president en vicepresident.

De presidentskandidaat en zijn running mate (de vicepresidentskandidaat) die voor een bepaalde partij deelnemen aan de verkiezingen worden wel een ticket genoemd.

Wanneer geen van de kandidaten een meerderheid in het kiescollege verwerft, neemt het Huis van Afgevaardigden de beslissing door tussen de hoogst geklasseerde kandidaten te kiezen.

Sinds de verkiezingen van 1856 gaat de strijd feitelijk tussen de kandidaten van de twee belangrijkste partijen: de Republikeinse Partij en de Democratische Partij.

Bijzonder zwaar bevochten verkiezingen waren die van 1800, 1824, 1876, 2000 en 2016.

De Republikeinse Partij (Engels: Republican Party) is een van de twee belangrijkste politieke partijen van de Verenigde Staten.

De andere is de Democratische Partij.

De Republikeinse Partij werd opgericht in 1854 en wordt, hoewel ze de jongere van de twee is, ook wel Grand Old Party (GOP) genoemd.

De mascotte van de partij is traditioneel de olifant, die ook in het logo van de partij voorkomt.

De partij had in 2004 55 miljoen geregistreerde kiezers, ongeveer een derde van het electoraat.

In de Senaat heeft de partij een meerderheid. In de loop van de geschiedenis zijn er in totaal 19 Republikeinse presidenten geweest.

De Republikeinse Partij is op 20 maart 1854 opgericht in Ripon, Wisconsin.

De voornaamste reden voor de oprichting was de geplande uitbreiding van de slavernij in andere staten van Amerika, waartegen de partij zich wilde verzetten.

Na de Amerikaanse Burgeroorlog was de partij tientallen jaren lang vrijwel onafgebroken aan de macht.

Ze vertegenwoordigde toen het industriële noordoosten van de VS, terwijl de conservatieve Democraten in het verslagen Zuiden de overhand hadden.

Vanaf de Amerikaanse Burgeroorlog waren de Republikeinen de progressieve partij in de Amerikaanse politiek.

Voorbeelden hiervan zijn presidenten zoals Abraham Lincoln, die toentertijd de slavernij wilde afschaffen.

Abraham Lincoln, de eerste president van de Republikeinse Partij van 1861 tot 1865

Speerpunten van de Partij voorafgaand aan de Tweede Wereldoorlog was dat van protectionisme (alhoewel sommige ook proponenten waren van vrijhandel) en isolationisme.

Ze verzette zich heftig tegen de Amerikaanse deelname aan de beide wereldoorlogen, en ze verhinderde een Amerikaans lidmaatschap van de Volkenbond. Ook stond ze welwillend tegenover de industriëlen van die tijd.

De Grote Depressie en het New Dealprogramma van de in 1932 verkozen Democraat Franklin Delano Roosevelt leidden tot een grotere rol en macht van de federale overheid.

Dit zorgde na de Tweede Wereldoorlog voor een splitsing in de Republikeinse Partij.

De Old Right bestond veelal uit Republikeinen uit het Midwesten en het Noorden en hielden vast aan de koers van de Partij van voor de oorlog (en waren aanhanger van Robert Taft).

De progressievere partijleden uit New England konden zich daarentegen meer en meer verenigen met de New Deal. Eisenhower (verkozen in 1953) was een vertegenwoordiger van deze laatste groep – later ook wel Rockefeller Republicans genoemd, naar de redelijk liberale gouverneur van New York en latere vicepresident (onder Ford) Nelson Rockefeller. Eisenhower voerde een gematigde buitenlandse politiek, maar de Koude Oorlog drong zich snel op.

Rockefeller verloor in 1964 de Republikeinse presidentsnominatie aan de fiscaal conservatieve Barry Goldwater, die de verkiezingen verloor van de Democraat Lyndon B. Johnson.

Goldwater was ook voor een agressievere buitenlandpolitiek en was een onmiskenbaar anticommunist, en kon rekenen op veel grassroots support.

Alhoewel Goldwater met grote afstand verloor in de presidentsverkiezingen, waren het zijn standpunten die daarna de Republikeinse Partij zouden domineren.

De Partij brak met de New England Rockefellers en verkreeg meer aanhang bij conservatieve (blanke) zuiderlingen, de New Right, die gemobiliseerd werd door diezelfde grassroots beweging.

In het tweeëntwintigste amendement op de Grondwet van de Verenigde Staten staat dat een persoon niet meer dan tweemaal tot president kan worden gekozen.

Dit verbiedt de voormalige presidenten Bill Clinton, George W. Bush en Barack Obama om opnieuw tot president te worden gekozen.

De voormalige president Jimmy Carter, die een enkele termijn als president heeft gediend, is het grondwettelijk niet verboden om bij de verkiezingen in 2020 te kandideren.

De samenstelling van het Kiescollege is niet gewijzigd sinds de presidentsverkiezingen van 2016 en is daardoor nog gebaseerd op de bevolkingsaantallen van de volkstelling van 2010.

Tegelijk met de presidentsverkiezing wordt het gehele Huis van Afgevaardigden en een derde van de Senaat herkozen, alsook die van de meeste deelstaten.

De procedures voor de voorverkiezingen bij de Democraten zijn sinds de vorige verkiezingen gewijzigd. In augustus 2018 besloot het Democratisch Nationaal Comité supergedelegeerden te verbieden om te stemmen bij de eerste stemming van het nominatieproces, te beginnen met de verkiezing van 2020.

Dit betekent dat een kandidaat een meerderheid van de stemmen van de verkozen afgevaardigden (pledged delegates) in de diverse voorverkiezingen moet verzamelen om de nominatie van de partij te winnen.

De laatste keer dat dit niet gebeurde, en dus onder de nieuwe regels anders zou zijn verlopen, was de benoeming van Adlai Stevenson II op de Democratische Nationale Conventie van 1952.

Door het grote aantal kandidaten werden de eerste twee debatten over twee avonden gespreid.

Van juni 2019 tot januari 2020 werd er, met uitzondering van augustus, iedere maand een debat gehouden.

In februari 2020 werden er drie debatten gehouden en op 15 maart werd het laatste debat gehouden, tussen Biden en Sanders.

Zittend president Donald Trump stelde zich kort na zijn benoeming al kandidaat voor een tweede termijn.

Hij registreerde zich hiervoor bij de Federale Verkiezingscommissie op 20 januari 2017, de dag van zijn inauguratie.

Uiteindelijk waren er drie Republikeinse uitdagers, die allemaal op een gegeven moment in de campagne uit de race stapten.

Uitgelichte berichten
Recente berichten
Archief
Zoeken op tags
Volg ons
  • Facebook Basic Square
  • Twitter Basic Square
  • Google+ Basic Square
bottom of page